PROG0416 - APGAR score
In 1952 Dr. Virginia Apgar developed a test to quickly evaluate the general conditions of a new-born.
This test is executed by obstetricians, gynaecologists or paediatricians one, five and ten minutes after birth to determine the condition of a new-born and is based on the following five criteria:
- respiration
- pulse rate
- muscle tone
- appearance
- reflex irritability
A score of 0, 1 or 2 is assigned to each individual critrium, with the total of all scores constituting the APGAR score. The resulting APGAR score ranges from zero to 10. The five criteria are summarized using words chosen to form a backronym (Appearance, Pulse, Grimace, Activity, Respiration). The following table summarizes how scores are assigned to each criterium. Most babies are assigned an APGAR score between 7 and 10. In case the total score is lower than 4, medical assistance is required.
code | criterium | 0 points | 1 point | 2 points |
---|---|---|---|---|
A | Appearance/Complexion | blue or pale
all over |
blue at extremities body pink (acrocyanosis) |
no cyanosis body and extremities pink |
P | Pulse rate | 0/min | < 100/min | ≥ 100/min |
G | Reflex irritability/Grimace | no response | grimace/feeble
cry when stimulated |
cry or pull away when stimutated |
A | Activity | none | some flexion | flexed arms and legs that resist extension |
R | Respiratory effect | absent | weak, irregular, gasping | lusty, strong cry |
Write a program that calculates the APGAR score from the observations for each of the five criteria. The program must immediately alarm medical assistance in case the total score is lower than 4.
Input
There are five lines of input, each containing a description of an observation for each of the five criteria. The observations are listed in the order of the criteria as listed in the introduction (not in the order they appear in the table). Each description is characterized by the keyword indicated in green in the table. As such, descriptions must coincide with these keywords in order to be recognized by the program. The pulse rate is given as an integer.
Output
Print the APGAR score corresponding to the five observations. In case the score is less than 4, the text alarm must be printed instead of the score itself. If at least one of the descriptions of the observations does not coincide with one of the possible keywords, the text invalid input must be printed instead of the score itself.
Example
Input:
strong cry 0 resist extension blue cry or pull away
Output:
6
Example
Input:
weak 110 none pale no response
Output:
alarm
Example
Input:
weak 99 it's ok pink grimace
Output:
invalid input
In 1952 ontwikkelde Dr. Virginia Apgar een test waarmee snel een eerste evaluatie kan gemaakt worden van de algemene toestand van een pasgeboren baby.
Deze test wordt door de verloskundige, gynaecoloog of kinderarts uitgevoerd een minuut, vijf minuten en tien minuten na de geboorte en geeft inzicht in de conditie van de baby op vijf vitale criteria:
- ademhaling
- pols- en hartslag
- spiertonus
- huid
- reactie op prikkels
Voor elk criterium worden 0, 1 of 2 punten gescoord, die samengeteld worden tot de zogenaamde APGAR score. Onderstaande tabel geeft aan hoe de individuele criteria gequoteerd worden. De meeste baby's komen ter wereld met een APGAR score tussen 7 en 10 punten. Indien de score minder dan 4 punten bedraagt, is onmiddellijk ondersteunende hulp vereist.
code | criterium | 0 punten | 1 punt | 2 punten |
---|---|---|---|---|
A | Ademhaling | geen | zwak | goed doorhuilen |
P | Pols- / hartslag | 0/min | < 100/min | ≥ 100/min |
G | Spierspanning / -tonus | slap | enige flexie van de ledematen | actieve beweging van de ledematen |
A | Aspect / kleur | blauw of bleek | blauw bij de extremiteiten | hele lichaam roze |
R | Reactie op prikkels | geen | enige beweging | krachtig huilen |
Schrijf een programma dat de APGAR score berekent op basis van observaties voor elk van de vijf criteria. Het programma moet onmiddellijk alarm slaan indien de score minder dan 4 bedraagt.
Invoer
De invoer bestaat uit vijf regels, waarbij elke regel een omschrijving bevat voor één van de vijf criteria die gebruikt worden om de APGAR score te berekenen. Elke omschrijving wordt gevormd door een sleutelwoord, dat correspondeert met de groengekleurde tekstfragmenten in bovenstaande tabel. Omschrijvingen die verschillen van de opgelijste sleutelwoorden worden als ongeldig aanzien. De pols- en hartslag wordt omschreven door een natuurlijk getal.
Uitvoer
Schrijf de APGAR score uit die overeenstemt met de gegeven observaties. Wanneer de score lager is dan 4, dan moet niet de score zelf, maar de tekst alarm uitgeschreven worden. Indien minstens één van de omschrijvingen voor de observaties ongeldig is, moet de tekst ongeldige invoer uitgeschreven worden.
Voorbeeld
Invoer:
goed doorhuilen 0 actieve beweging blauw krachtig huilen
Uitvoer:
6
Voorbeeld
Invoer:
zwak 110 slap bleek geen
Uitvoer:
alarm
Voorbeeld
Invoer:
zwak 99 het valt mee roze enige beweging
Uitvoer:
ongeldige invoer
Added by: | Peter Dawyndt |
Date: | 2013-09-11 |
Time limit: | 10s |
Source limit: | 50000B |
Memory limit: | 1536MB |
Cluster: | Cube (Intel G860) |
Languages: | PY_NBC |
Resource: | None |